Hybride vleesproducten beter voor biodiversiteit

Vleesproducten met plantaardige vetvervangers zijn beter voor de natuur dan ‘puur’ vlees, zo blijkt uit onderzoek. Het verschil zit onder andere in het gebruik van soja als veevoer. Meatless, de Zeeuwse producent van ingrediënten voor ‘hybride’ vleesproducten, heeft er een extra argument bij richting potentiële klanten.

“Dierlijke producten hebben een negatieve impact op de mondiale biodiversiteit”, zegt Meatless-directeur Jos Hugense. “Dat is voldoende aangetoond. Dus ligt het voor de hand dat het deels vervangen van dierlijke eiwitten door onze producten op basis van tarwe, rijst of lupine een gunstiger beeld oplevert. Maar onderbouwd was dat nog niet.”

Gunstige score

Uit eerdere levenscyclusanalyses van de Meatless-producten was al wel gebleken dat hybride producten in vergelijking met ‘puur’ vlees gunstig scoren wat betreft landgebruik, energie en uitstoot van broeikasgassen. Maar biodiversiteit wordt in dit soort analyses meestal niet meegewogen. Meatless legde de vraag daarom voor aan de Helpdesk Bedrijfsleven & Biodiversiteit.

Lokaal en plantaardig

De conclusie uit het onderzoek van de Helpdesk – bemand door CREM en Business Universiteit Nyenrode – was dat de impact van de Meatless-ingrediënten op de lokale natuur gering is. Meatless werkt uitsluitend met plantaardige ingrediënten, en betrekt die zoveel mogelijk lokaal (tarwe volledig, lupine deels). Lupine heeft zelfs een positieve impact op biodiversiteit omdat dit gewas de bodemvruchtbaarheid stimuleert. Bij rijstproductie is de biodiversiteitsimpact sterk afhankelijk van teeltwijze en productielocatie. Wanneer daar rekening mee wordt gehouden, kunnen de biodiversiteitprestaties van de Meatless-producten nog verder worden verbeterd.

Contactpersoon: Jolanda van Schaick